Water Natuurlijk dook in de wereld van honingbijen en reuzenbalsemien. Een vraag van een
betrokken burger was de aanleiding. Op dijken van het waterschap stonden honderden bijenkasten,
aan de rand van natuurgebieden. Aantasting van natuur en waterveiligheid dreigden. Het imago van
de van oudsher natuurvriendelijke imkerij staat op het spel. Overheden zijn aan zet en de provincie
Zuid-Holland neemt het initiatief.
Teveel bijen
Honingbijen zijn normaal gesproken geen probleem voor natuur. Integendeel met mate kunnen ze
positief werken. De massa is het probleem. Grote imkers zetten honderden bijenkasten aan de
randen van natuurgebieden. De honingbijen vliegen het natuurgebied in en kapen het voedsel weg
voor de wilde bijen en andere insecten. Dit terwijl het insectenleven door allerlei oorzaken al sterk
onder druk staat.
Onderzoek toont aan dat 4 bijenvolken per vierkante kilometer acceptabel is, maar soms staan er wel
25 kasten. Zoals zo vaak is teveel dus het probleem. De beheerders van de natuurterreinen staan
machteloos. Weliswaar kunnen zij de kasten weren uit hun terreinen, maar daar buiten hebben ze
geen zeggenschap. Sommige grote imkers zoeken de grenzen van de natuurterreinen op en plaatsen
daar hun kasten. De bijen trekken zich uiteraard niets van die grenzen aan.
Balsemien honing
Het is om de honing van de Reuzenbalsemien te doen. Deze plantensoort groeit massaal in natte en
vochtige gebieden in de Hollandse Delta. Vooral in de Biesbosch en aan de oevers van de grote
rivieren. Reuzenbalsemien is afkomstig uit de Himalaya en lang geleden ingevoerd, ontsnapt uit
tuinen en verwilderd in de natuur.
De Europese Unie heeft de Reuzenbalsemien aangewezen als een invasieve exoot. Dat betekent dat
de plant bestreden moet worden en de reden is dat hij de inheemse wilde planten overwoekert en
verdringt. Maar ook omdat hij de veiligheid van oevers en dijken aantast. Reuzenbalsemien wortelt
oppervlakkig en sterft in het najaar af. Er blijft dan kale grond achter want de andere planten zijn
verdwenen. Erosie van oevers en dijken is dan het gevolg.
De maximale bestuiving door honingbijen helpt niet bij het terug dringen van de Reuzenbalsemien.
Integendeel het werkt een verdere verspreiding van de soort in de hand. Er zijn dus maatregelen
nodig om aantasting van natuur en veiligheid te voorkomen.
Overheden aan zet
Het waterschap Hollandse Delta had al de eerste stappen gezet om bijenkasten van dijken te gaan
weren, maar de hoofdrol ligt bij de provincie. Die pakt ook het voortouw. De provincie Zuid-Holland
werkt aan wat genoemd wordt een “handelingsperspectief” en dat moet klaar zijn voor de bloeitijd
van Reuzenbalsemien.
Het houdt in dat de provincie in samenwerking met de beheerders van natuurterreinen, de
gemeenten, de waterschappen, de omgevingsdiensten en de nationale bijenvereniging de
mogelijkheden en afspraken over de aanpak van het probleem op een rijtje zet. Daarmee gaan de
betrokken partijen aan de slag.
Communicatie wordt belangrijk. Hoe meer bijen, hoe beter denken veel mensen. Dat moet worden
genuanceerd. Honingbijen zijn niet slecht voor natuur, maar de massa is het probleem. De
mogelijkheden voor het verwijderen van de Reuzenbalsemien komen aan de orde en ook de
juridische maatregelen aldus Water Natuurlijk